Bijt jouw peuter of doet jouw peuter anderen pijn?

Peuters doen anderen soms pijn zonder er bij na te denken. Ze bijten, krabben, duwen of slaan. Als ouder kun je je daar best zorgen om maken. Sommige peuters doen dit gewoon om te zien wat er gebeurt. Pijn roept immers bijna altijd een heftige reactie op van het andere kind of van de volwassene die er bij is. Op een heftige manier reageren kan je peuter dus onbedoeld belonen voor dit ongewenste gedrag. Je peuter kan anderen ook pijn doen uit frustratie of boosheid. Een peuter kan nog niet altijd goed duidelijk maken wat hij/zij wil en gaat dan bijvoorbeeld bijten, krabben, duwen of slaan. Je peuter kan ook anderen pijn doen om zijn/haar zin te krijgen.

Tip 1: Let op eerdere pijn

Houd je kind goed in de gaten als hij/zij met andere kinderen speelt. Probeer problemen (bijten, krabben, duwen, slaan) te voorzien en mogelijk te voorkomen. Let goed op situaties waarin het anderen pijn doen al eerder is voorgekomen. Reageer onmiddellijk als je ziet dat je kind op het punt staat een ander pijn te doen.

Tip 2: Geef extra aandacht

Geef je kind extra aandacht als hij/zij leuk speelt. Praat over wat je kind doet. Bijvoorbeeld ‘Wat een hoge toren bouw je!’. Geef een compliment door precies te vertellen wat je goed vindt aan het gedrag van je kind. Bijvoorbeeld ‘Ik vind het fijn dat je zo goed samen met de blokken speelt.’

Tip 3: Help je kind

Als je kind moeite heeft om te vertellen wat hij/zij wil, help je kind dan. Bijvoorbeeld. ‘Nick zeg maar: Nu ben ik aan de beurt, Maarten.’ Geef je kind een complimentje als je kind dit probeert te zeggen.

Tip 4: Reageer bij pijn

Reageer meteen als je kind een ander pijn doet. Ga vlak bij je kind staan en zeg kort en rustig dat je kind moet stoppen met slaan en wat je kind in plaats daarvan moet doen. Bijvoorbeeld ‘Nick, stop met slaan en vraag aardig aan Maarten of je met de auto mag spelen.’ Geef je kind een complimentje als hij/zij doet wat je vraagt.

Tip 5: Oefen met je kind

Oefen met aardig doen. Laat je kind bijvoorbeeld over de haren van iemand anders aaien in plaats van er aan te trekken of de handen vasthouden in plaats van te duwen. Laat je kind dit een paar seconden oefenen. Als het lukt, geef dan een compliment.

Tip 6: Laat het voelen

Als je kind binnen een uur opnieuw iemand pijn doet of tegenstribbelt, dan moet hij/zij even stilzitten. Vertel je kind wat hij/zij verkeerd deed. ‘Nick, je doet Maarten weer pijn. Nu moet je even stilzitten.’ Even stilzitten houdt in dat je kind 1 minuut op een stoel of iets anders stil moet zitten zonder dat je aandacht aan hem/haar geeft. Is je kind ouder dan 2 jaar en blijft hij/zij niet rustig zitten, haal je kind dan uit de situatie en breng hem/haar naar een andere ruimte waar hij/zij 1 minuut stil moet zijn.

Tip 7: Herhalen

Als je kind 1 minuut stil heeft gezeten, mag hij/zij weer gaan spelen. Soms moet je het stilzitten een paar keer herhalen voordat je kind ophoudt anderen pijn te doen.

Tip 8: Sla zelf nooit

Sla zelf je kind nooit om te laten ervaren hoe dat voelt. Je kind houdt daardoor misschien op met jou te slaan (bijten, krabben of duwen), maar kan doorgaan met anderen pijn doen als jij er niet bent. Ook leer je je kind op deze manier niet wat hij/zij wel kan doen. Sommige ouders laten hun peuter verplicht sorry zeggen, maar dit is meestal niet voldoende om het gedrag te voorkomen. Een peuter begrijpt niet wat sorry betekent. 

Meer tips bij agressief gedrag

LOES geeft ouders meer tips:

- Beschik jij over discipline en zelfbeheersing?
- Samen spelen of ruzie maken?