Welk speelgoed is geschikt voor een baby van 6-12 maand?

Om met het speelgoed aan te laten sluiten bij de leeftijd en ontwikkeling van het kind is het goed te weten welk speelgedrag bij welke leeftijd past. Voor baby’s is bijvoorbeeld speelgoed geschikt waarvoor het zijn/haar zintuigen moet gebruiken. Baby’s maken een snelle ontwikkeling door. Van een pasgeboren kindje dat vooral voeding, slaap en geborgenheid nodig heeft, tot een brabbelende dreumes die de wereld wil ontdekken door te kruipen en alles te onderzoeken. Spelen met je kind helpt een goede band op te bouwen en de ontwikkeling te ondersteunen.

Lees ook meer over speelgoed dat geschikt is voor een baby van 0-6 maand.

Ontwikkelingsfase en spelen

Door je baby veel liggend, zowel op de rug als de buik, te laten spelen wordt de motorische ontwikkeling gestimuleerd. Een speeltje dat net buiten bereik ligt, lokt reiken uit. Daar komt rollen en kruipen uit voort en optrekken tot staan. Je baby ontdekt de omgeving door zich te verplaatsen, en alles wat het tegenkomt af te tasten met handen en mond. Heel veel uitproberen.

Tip 1: Bepaal grenzen

Je baby heeft nog geen begrip van gevaar en gehoorzamen. Als ouder/verzorger moet je dan ook grenzen bepalen voor wat veilig en verantwoord is. 

Tip 2: Rustige eigen plek

Je baby ligt nu minder in bed. Een rustige eigen plek als basis om uit te rusten en alles van afstand te bekijken is minstens zo belangrijk als op onderzoek uitgaan. Geborgenheid is te voelen in de box of op schoot.

Tip 3: Herhaling

Liedjes met passende bewegingen worden interessant. De meeste baby’s maken een periode van eenkennigheid door. Kiekeboe-spelletjes helpen hierbij. Herhaling en voorspelbaarheid versterken een gevoel van veiligheid en geborgenheid.

Speelgoedtips baby 6-12 maanden

• Kijken: spiegeltje, speelkleed, stevige boekjes, duikelaar, plaatjes kijken, bij het wandelen dieren kijken, vingerpopjes, gekke gezichten
• Luisteren: korte herkenbare stukjes muziek, rammelaar, toeter, trommel, dozen en bakjes waarin iets zit om te rammelen
• Babbelen: Versjes met veel aanraken en bewegen, terugkerende aanwijsbare woordjes (neus, mond), liedjes, dierengeluiden, telefoon
• Slaan: ballenmolen, trommel
• Graaien: zand, modder, water
• Aftasten: speelgoed van natuurlijke materialen, zoals hout en stof. Speelkleed of boekjes met reliëf. Kiekeboe-spelletjes met een doekje waarachter iemand verdwijnt
• Grijpen/ reiken: bal met grijpgaten, transparante bal waarin iets beweegt, “handvatauto”, alles wat rolt, trekharlekijn
• Bewegen: rammelaar, duikelaar, activity-center, bal, ballon
• Gaatjes vullen: pionnen in auto, klepmandjes of tassen, stapelbekers
• Zitten: stoel, wandelwagen
• Schommelen: babyschommel, hobbelpaard met zitje
• Ontdekken: speelkleed, box, allerlei materiaal uit de directe omgeving: kranten, closetrollen, doosjes, zand en water
• Gooien: (stoffen) blokken, ballen
• Staan: duwkar, box, looprek

Speel-o-theek

Bij een speel-o-theek kun je speelgoed lenen. Door speelgoed te lenen kun je eerst kijken of je kind er mee speelt, voordat je het zelf in de winkel koopt. Ook kun je lenen voor de afwisseling van speelgoed voor je kind.