Onze kinderen zitten alweer een tijdje op de basisschool en dat gaat goed! Maar ook wel even wennen hoor. Voor alle partijen. Ze gingen al van (heel) jongs af aan naar het kinderdagverblijf. Daardoor waren ze gewend om meer hele dagen van huis te zijn. Ondanks dat is een basisschool toch andere koek.
Tegenwoordig is er een school-app waar foto's en filmpjes worden geplaatst. Toch weet je aan het einde van de rit toch maar bar weinig over wat er nu gaande is op die school. We krijgen van het ene kind een onsamenhangend verhaal over buitenspelen en kapotte wc’s. Het andere kind antwoordt alleen maar ‘leuk’ als je vraagt hoe het was. En natuurlijk kun je de juf wel vragen. Natuurlijk heb je 10 minuten gesprekken. En já, die juffen en meesters zijn lief en betrokken. Maar toch is het anders.
Eigenlijk komt het erop neer dat je ze los moet laten. En er meer op moet vertrouwen dat het wel goed komt. En zo niet, dan hoor je het wel.
Ze moeten alleen naar de wc, zelf de rits dichtdoen, zelf de billen afvegen. Steek je vinger vraag het maar als je iets niet weet. Ga zelf dat grote schoolplein maar op. Loslaten in het klein, als je ze ziet met die kleine beentjes en zo’n grote rugtas er boven. Witte snoetjes in de eerste weken wanneer ze uit school kwamen en dan ook nog die BSO.
Hebben we ze praktisch voorbereid? Nouja, ze waren zindelijk, dat is goed gelukt. Verder niet zo. Nu zijn we ook gezegend met kinderen die echt alles zelf willen doen en overal bij willen helpen. Hierdoor zijn ze van nature wel zelfstandig. Maar ze zijn en blijven nog kleine kleutertjes. Die uiteindelijk, als puntje bij paaltje komt, toch wel graag iemand in de buurt hebben die hen helpt als ze er niet uitkomen. Dus het was omschakelen in het begin. Ik ontwaarde in mijzelf ineens een moeder die zich af en toe ietsiepietsie unheimisch voelde. En dat was een vreemde gewaarwording, want ik was toch zo’n moeder die alles lekker liet lopen? Ik begin steeds meer te bevroeden dat dit nog wel eens de rest van hun leven kon gaan duren. En dat ik, och mijn hemel, mijn eigen moeder word.
Dit is het, ouders. Hier begint het, in het klein ten gunste van het grote. Handen in de jaszak laten, mondje dicht. Aanvoelen wanneer we duidelijk op moeten staan als er écht iets aan de hand is, maar verder? Laten we ze maar klooien daar in die school. Laten we ze die handschoenen en muts maar kwijtraken (dan had je het maar beter moeten opbergen). De eerste schoolplein-relletjes zelf oplossen en laten we ze maar sip zijn als ze even moeite moeten doen om mee te mogen doen met spelen. Want ze móeten het kunnen. Het is klein loslaten, dat steeds groter wordt. En dan het eindeloze opvangen als ze thuis komen. Troosten, uitrusten en weer door.
Een uitspraak die ik ooit hoorde was: ‘Ga niet bovenop je kinderen zitten, dan kunnen ze niet groeien’. En dan denk ik terug aan mijn eigen jeugd. Mijn ouders die geen school-app hadden, geen foto’s, geen smartphone. Die, toen ik op kamers ging, dagenlang niets van mij hoorden. Mijn moeder die uiteindelijk tegen iemand anders vertelde dat ze in die tijd nachten wakker had gelegen. Ik wist van niks. Ze liet mij thuiskomen, ik kreeg lekker eten en ze liet mij weer gaan. Ik hoop van harte dat ik mijn eigen moeder word.
Liefs van een Tweelingmoeder